Page 6 - VA07_2018
P. 6

voor de Tweede Wereldoorlog tot de bouw van een volledig eigen auto, aan- gedreven door een Amerikaanse Nash en een 3.6 liter Ford V8-motor. Vlak na de oorlog bouwde Jensen sportieve modellen met voor die tijd innovatieve toepassingen als hydraulische remmen, schroefveren en bekrachtigde schijfrem- men rondom. In 1966-1967 kwam de Interceptor FF op de markt. Deze was onder andere voorzien van ABS, vier- wielaandrijving met automatisch power- Lok differentieel, stuurbekrachtiging en schijfremmen rondom. In de jaren ’70 volgde, onder een nieuwe leiding, nog de Jensen Healey. De oliecrisis in 1973 zorgde ervoor dat de verkopen werden stopgezet. Een deel van de activiteiten werd voortgezet door twee nieuwe bedrijven. Initiatieven in 1982 en 2001 om de productie van de Interceptor te hervatten leidden evenmin tot resul- taten. Maar de reputatie van het merk staat  er overeind: Jensen staat voor kwaliteit en puur rijgenot.
De historie leeft voort
In Epe leeft de historie voort: Ton van Rijn bouwt op basis van Jensen Intercep- tors volledige auto’s van zijn favoriete typen, de 541S en de C-V8 MKII. “Van de C-V8 zijn er vijfhonderd gemaakt in drie types, waarvan er nu nog 181 ‘in leven’ zijn. Van de 541S zijn er slechts 127 ge- bouwd en zestig zijn er nog over.”
Hoe kan het dat de oudere modellen worden gebouwd op basis van een nieuwer onderstel? Past dat allemaal? “We kwamen er achter dat onderstellen van de grote GT’s exact dezelfde wiel- basis hebben. Zo kan een 541S- of C-V8
Het Jensen Heritage Center betrekt lokale ondernemers bij het reproduceren van onder- delen. Ton van Rijn wijst op scharnieren, gemaakt door Hanekamp CNC in Heerde.
“Deze C-V8 krijgt een elektromotor. Het wordt een soort Tesla.”
6 | MENS & WERK
VA-KRANT
MKII-koets op een Interceptor-chassis geplaatst worden. Van de Interceptor MKIII zijn er maar liefst 6.408 gebouwd, zodat we zo ‘the best of both worlds’ kunnen combineren en het mooie kunst- stof koetswerk kunnen plaatsen op een nieuw gemaakt Interceptor onderstel. De klant krijgt een auto die beter rijdt, be- trouwbaarder en veiliger is. Beschermd, verstevigd; zo’n Jensen overleeft ons met gemak”, zegt Ton lachend.
Limousine
Hij kocht in een paar jaar tijd stellages vol onderdelen waarvoor hij letterlijk stad en land afstruinde. Als een Jensen- eigenaar een vraag heeft naar een onder-
deel moet het al heel gek lopen wil Ton het niet in huis hebben of weten waar hij het kan laten maken. “Een Jensen is een geweldige auto. De 8-cilinder motor, het geluid, de zeer stabiele wegligging, waar- door een Jensen rijdt als een limousine; het plaatje is helemaal af”, zegt Ton, terwijl hij wijst op een afbeelding van een Interceptor MKII in een tijdschrift voor oldtimers: “Deze noemen ze de Gentleman’s Express’.”
In 2006 kocht Ton zijn eerste Jensen
op E-bay. “Ik kende het merk alleen van naam, maar was gelijk gegrepen door het ontwerp. De C-V8 zou voorheen van Mick Fleetwood (oprichter en drummer van Fleetwood Mac, red.) zijn geweest. Ja, ja, dacht ik, het zal wel, maar ik vond het een prachtig model, een prototype waarvan er maar één op de wereld was. Later zag ik in de papieren dat Mick Fleetwood inderdaad jarenlang in de wa- gen had gereden.” Na 3 1⁄2 jaar sleutelen was de C-V8 volledig in originele staat en verkocht Ton van Rijn ‘m door. Sindsdien was hij verknocht aan het merk en bleef hij in zijn vrije tijd sleute- len; letterlijk aan de auto’s, maar ook  - guurlijk aan het concept van een nieuwe onderneming. In 2013 verkocht hij zijn bedrijf VRC en verruilde hij zijn driede- lig pak voor een overall. Ton van Rijn vertelt op de historische Eper industrie- grond over oldtimers. En dan gaat het niet over  etsen, zoals ze hier vroeger werden gemaakt, maar over auto’s. “De oudere Jensen carrosserieën zijn van kunststof, de latere modellen van staal. Wij maken het chassis, de aandrij ijn


































































































   4   5   6   7   8